Je bent beginnend docent. Je houdt van je vak. Je wil je leerlingen graag iets bijbrengen. Er is alleen één probleem: het aansturen van de klas loopt nog nietzoals jij dat wil.
Je komt ’s avonds gesloopt thuis. Je bent veel te moe, prikkelbaar en je hebt last van je stem door het harde praten. Je moet jezelf immers verstaanbaar maken. Dit is niet zoals je het had voorgesteld!
In de docentenkamer lijkt het alsof jij de enige bent met dit probleem. Je trekt je wat terug of je laat uit onzekerheid extra hard horen dat je het lesgeven alhelemaal in de vingers hebt. Straks komen ze er achter dat je een ordeprobleem hebt!
Wees gerust: je bent zeker niet de enige. Er zijn echter niet veel docenten die er voor uit durven komen dat orde houden een probleem voor ze is. Voor heel veel docenten is orde houden, zeker aan het begin van hun loopbaan, best een lastige kluif. Slecht slapen, twijfel aan je capaciteiten, twijfel aan je zelf. Is dit eigenlijk wel wat je wilt?
Hoe fijn zou het zijn als je veel meer grip krijgt op de klas. Als jíj degene bent die bepaalt welke sfeer er is in de klas. En dat jíj bepaalt hoe de omgangsnormen zijn.
En als het schip dan toch de verkeerde kant opvaart dat jíj weet hoe je het schip weer op koers kan krijgen. Én dat jij van jezelf weet dat je genoeg in huis hebtom het tij in alle rust te doen keren.
Er is vast wel een collega waarvan je denkt:’die kan het, die heeft orde houden in de vingers’. Deze docent heeft dan controle over en inzicht in de volgende drie, op elkaar inwerkende aspecten van orde houden.
De drie pijlers van orde houden.
Als je je als een vis in de volgende gebieden kunt bewegen dan kun jij orde houden.
Dat betekent niet dat het nooit meer spannend is. Dat betekent niet dat je altijd meteen weet wat de beste oplossing is. Maar het betekent wel dat altijd iets hebt om op terug te kijken. Als het een keer mis gaat in de klas kun je altijd reflecteren op de volgende drie gebieden.
Grenzen.
Zorg ervoor dat je voor jezelf duidelijk hebt waar je grenzen liggen. Hoe wil jij dat leerlingen met elkaar omgaan? Hoe wil je dat ze met jou omgaan? Wanneer is de sfeer prettig voor jou? Denk hierover na.
Het betekent niet dat vanaf morgen iedereen zich precies zo gedraagt zoals jij dat wilt.
Maar het geeft focus: Zo wil ik dat het eruit gaat zien en het is mijn streven dat ook te realiseren.
Het geeft rust en veiligheid in de klas als jij weet wat je wilt en dat ook uitdraagt.
Hoe draag je dat dan uit?
Zorg er voor dat je oogcontact hebt met de klas. Zorg ervoor dat jeverstaanbaar bent. Praat rustig. Met volume. Sta stevig op je benen. En als je zit, zit dan stevig. Neem je tijd. Probeer niet te raffelen of te jagen.
De klas zal hierdoor ook rustig worden.
Weten je leerlingen wat jij prettig vind en wat niet? Weten de leerlingen eigenlijk wel wat voor jou acceptabel is en wat niet?
Als een leerling een overtreding maakt terwijl hij niet van de regel op de hoogte is, kun je dat het kind niet aanrekenen. Leg dan duidelijk de (gedrags)regel uit. Vertel er ook bij waarom deze regel geldt. Of vertel wat heteffect is van het niet naleven van die regel.
Als leerlingen weten waarom iets belangrijk is dan voelen ze zich meer verantwoordelijk voor de sfeer in de klas.
Het is zaak om consequent te zijn in het naleven van regels en afspraken. Soms is dat moeilijk. Als je consequent bent en je je niet laten leiden door je gevoel dan zal dat een grote invloed hebben op de sfeer in de klas.
Doordat leerlingen weten waar ze aan toe zijn zullen ze zich veiliger voelen.
Dat betekent niet dat ze nooit jouw grenzen zullen zoeken. Dat is gezond en hoort bij hun leeftijd.
Maar de wetenschap dat jij boven de materie staat en de goede beslissing zal nemen zal ze houvast geven.
Bewaking.
Als een leerling op de hoogte is van een bepaalde regel en deze toch overschrijdtdan vraagt dat om andere vaardigheden.
Sta er eerst eens bij stil hoe het voelt om nu je stem te laten horen. In hoeverredurf je dit?
Misschien ben je bang om iemand pijn te doen. Misschien ga je wel te ver. Of misschien denk je wel dat je dit nóóit zal kunnen. Misschien denk je wel dat het erniet in zit bij jou.
Dat is begrijpelijk als je hier weinig ervaring in hebt.
En je hebt ook nog eens het gevoel dat je dit probleem héél goed moet oplossen. Je voelt tijdsdruk en alle ogen van de klas op je gericht: ‘wat gaat die docent nú doen?
Om te beginnen kun je dit zien als een uitgelezen mogelijkheid om je stem te laten horen en om duidelijk te maken dat jij niet met je laat sollen.
Dat geeft over het algemeen een groter gevoel van veiligheid in de klas. Leerlingen vinden het uiteindelijk prettig om te weten waar ze aan toe zijn. En dat die docent daar voor de klas krachtig genoeg is om de sterkste uit de klas te kunnen weerstaan.
Dus dat deze docent ook krachtig genoeg zal zijn om de groep te beschermen.
Deze pijler heeft dus vooral te maken met kracht. Maar waar haal je de kracht vandaan om dit aan te kunnen?
Heel veel oefenen is noodzakelijk.
Waarmee kun je dan oefenen?
Benoem wat je de leerling hebt zien of horen doen. Benoem dat zonder dat er enige vorm van oordeel in doorklinkt. Zeg dat je dat niet accepteert.
Zeg vervolgens wat de consequentie is van het door de leerling vertoonde gedrag. Dat kan een straf zijn of dat kan ook een laatste waarschuwing zijn: de volgende keer als je dit weer doet en dan benoem je die gevolgen.
Weet ook hier van te voren voor jezelf wat consequenties zijn van bepaald gedrag.
Kijk de leerling aan en praat rustig!
Als het gedrag je kwaad heeft gemaakt reageer dan niet kwaad maar zeg tegen de leerling dat dit gedrag je kwaad heeft gemaakt en dat je dat niet accepteert.
Denk van te voren na of en wanneer je wilt straffen. En waar die straf dan uit bestaat.
Het is belangrijk om dat van te voren te weten. Als je het van het moment laat afhangen bestaat de kans dat je in je woede een buitensporige straf geeft. Of dat je een straf geeft waar je ook jezelf mee hebt.
Niet nadenken maakt dat het gevoel van veiligheid dat in de klas heerste ondermijnd wordt.
Spanning.
Dit is misschien wel de belangrijkste pijler.
Zonder deze pijler zou het simpel zijn.Er zijn gewoon een aantal vaardigheden die je kunt toepassen en als je dat doet dan gebeurt er precies wat je wilt.
Waarom en wanneer ervaar je eigenlijk spanning?
Zodra wij een gebeurtenis of situatie als onveilig ervaren reageert ons lichaam.
Ons lichaam maakt zich klaar om onszelf weer in veiligheid te brengen. Dat doet het door ons klaar te maken om te vechten of vluchten.
Om te kunnen vechten of vluchten hebben we veel zuurstofrijk bloed nodig. We moeten immers hard wegrennen of er stevig op los slaan.
Zuurstof halen we uit onze longen. Onze ademhaling gaat sneller en komt ook hoger te zitten. Ons hart gaat sneller pompen en onze spieren spannen zich aan.
Om te kunnen vechten of vluchten is ons denkvermogen geen toegevoegde waarde, dus er gaat minder bloed naar de hersenen.
Ons denken verandert van kwaliteit. Soms gaan we dingen doen waar we laterspijt van krijgen!
Al deze lichamelijke gevolgen zijn zichtbaar voor de leerlingen en zij zullen daar bewust of onbewust op reageren.
Omdat zij zien dat de leider, de docent de controle verliest ontstaat er voor hen ook een onveilige situatie.
Zij zullen zich ook gaan klaar maken om te gaan vechten of vluchten. Ook hun denkvermogen, hun ratio zal er op achteruit gaan.
Er ontstaat onrust.
Hoe kijk je zelf naar spanning?
Veel docenten willen de spanning die ze hebben niet voelen. Ze hebben het idee dat deze spanning hen tegenwerkt. Als er maar geen spanning was dan zou hetniet zo moeilijk zijn.
Een kenmerk van spanning is echter dat hoe liever je er van af wilt hoe harder de spanning zich zal manifesteren.
Het is de kunst om spanning niet meer te zien als een vijand, maar om deze te leren waarderen als vriend. Als iemand die het beste met je voorheeft. Als iemand die je waarschuwt voor gevaar.
Want het voelt als onveilig als je je nek moet uitsteken en je iemand moetterechtwijzen. En het voelt ook onveilig als je een beslissing moet nemen over een straf die je misschien wilt geven.
Veel van ons proberen spanning weg te drukken.
We voelen wel iets maar we zijn veel te druk in ons hoofd om er aandacht aan te geven.
Misschien hoor je wat onrust in de klas en voel je je wat ongemakkelijk, maar je denkt: ‘ik kan het nog wel even aan’.
De leerlingen hebben allang door dat je gespannen bent. Zij zien tenslotte die dikke ader in je nek kloppen. Of ze zien dat je rood word.
En dan weten ze bewust of onbewust dat je spanning opbouwt en dat deze moetontladen.
Dat is voor hen net zo spannend.
Sommige docenten worden dan plotseling kwaad. Anderen weten het plotseling niet meer en geven het op.
In ieder geval voelt het nu bijzonder onprettig van binnen.
Wat je moet leren is om de spanning sneller te herkennen. En vervolgens evenonderzoeken wat deze spanning je wilt vertellen. Is er sprake van ondermijning van de sfeer of ben je bijvoorbeeld bang dat je de les niet op tijd af krijgt en ben je daarom gaan jagen, wat een bepaalde spanning met zich meebrengt.
Kortom leer te luisteren naar je eigen lichaam.
Waar zit jouw spanning? Waar voel je deze voor het eerst? Misschien in je buik. Misschien in je borst. En misschien nog ergens anders.
Leer van je lichaam.
En neem het serieus.
En weet dat je lichaam zich dus niet zomaar aanspant.
Onrust ontstaat dus als wij als docent ons niet veilig voelen.
Als we ons richten op de derde pijler, spanning dan kunnen we meer gaanluisteren naar ons lichaam.
Waar komt het gevoel van onveiligheid vandaan?
Misschien wel omdat we de andere twee pijlers nog niet helemaal beheersen.
Als je weet dat je de andere twee pijlers wel in de vingers hebt dan zijn veel situaties in de klas niet meer bedreigend voor je en zul je vertrouwen in jezelfen in de leerlingen krijgen.
Je zal veel meer rust in het les geven ervaren!
Comments
Stephanie van Noordtsays
Mooie blog met duidelijke en hanteerbare tips. Sommige leraren en docenten hebben ‘van nature’ overwicht op de klas. Zelf heb ik gemerkt dat die leraren en docenten die oprechte interesse in de leerlingen of studenten hebben, voor de klas staan omdat zij het werken met jonge mensen echt leuk vinden, het lesgeven meestal goed afgaat. Zij maken verbinding met de groep en laten ook iets van zichzelf zien. Het maakt hen in wezen dan niet uit wat zij met de klas doen, welk vak zij geven. Zij hanteren inderdaad ook duidelijke regels die veiligheid geven. En humor is een probaat middel om spanning te hanteren en leerlingen een zekere eigen verantwoordelijkheid geven. En is er iets aan de hand in de klas, dan komt er vaak ook groepscorrectie uit de klas. Of meevoelen wanneer de leraar of docent optreedt. Het kan voor beginnende docenten ook goed zijn om mee te kijken wat een leerkracht die ‘van nature’overwicht heeft, doet in de klas. Je kunt daar veel van opsteken en kijken welke dingen jij zelf kunt gebruiken.
Deze tips lijken voort te komen uit een apart houden van pedagogiek en didactiek. Op alle scholen waar ik met leraren in gesprek ben over goed onderwijs komt dit ter sprake. Het is mijn vaste overtuiging, en we merken dat steeds in de trainingen, dat goed nadenken over de toe te passen didactiek a priori veel meer kans geeft dat er “orde” komt. In bijna alle andere landen is er één term voor pedagogisch-didactisch handelen. Als je werkvormen kiest die een goede afstemming weerspiegelen tussen de te verwerven kennis en vaardigheden, de groep die je voor je hebt en je eigen persoonlijkheid, dan lever je maatwerk en sluit je aan bij de leerlingen in de groep. Het belangrijkste is dat ze een reden hebben om iets te gaan doen; dan gaan ze aan de slag. Kijk bij elkaar, leer van elkaar en help elkaar!
Ik denk dat het soms goed kan zijn om pedagogiek en didactiek even uit elkaar te halen. Het is onze ervaring dat veel beginnende docenten het gevoel hebben dat ze geen grip krijgen op de klas en dus niet genoeg toekomen aan het didactische gedeelte. In dat geval denk ik dat het zinvol is om de aandacht expliciet te richten op het pedagogische element, waarna deze docenten zich met meer zelfvertrouwen kunnen richten op het didactische gedeelte. Uiteindelijk gaat het er om het maatwerk, dat je zo mooi omschrijft, te kunnen leveren.
Fantastische website, hij kwam in de Facebook groep Tops en tips voor&door docenten!
Mag ik als docent ook de kracht benoemen van non-verbaal de regie voeren, zonder stemverhef. Bijvoorbeeld: zet het woord stil op het bord en wijs erna. Probeer maar of het voor je werkt…
Zeer fraaie tekst en zeer behulpzaam voor beginnende docenten. Bedankt! Komt in grote lijnen overeen met wat ik zelf doe bij trainingen van docenten, maar is verder uitgewerkt. Ik zal het kopieren en waar het van pas komt uitdelen. Veel overeenkomst met Taiji…Voor wie meer wil: kijk eens op de website van Rots & Water (om toe te passen met de leerlingen zelf zodat ook zij hun spanning, veiligheid en eventuele aggressie leren hanteren.
Mooie blog met duidelijke en hanteerbare tips. Sommige leraren en docenten hebben ‘van nature’ overwicht op de klas. Zelf heb ik gemerkt dat die leraren en docenten die oprechte interesse in de leerlingen of studenten hebben, voor de klas staan omdat zij het werken met jonge mensen echt leuk vinden, het lesgeven meestal goed afgaat. Zij maken verbinding met de groep en laten ook iets van zichzelf zien. Het maakt hen in wezen dan niet uit wat zij met de klas doen, welk vak zij geven. Zij hanteren inderdaad ook duidelijke regels die veiligheid geven. En humor is een probaat middel om spanning te hanteren en leerlingen een zekere eigen verantwoordelijkheid geven. En is er iets aan de hand in de klas, dan komt er vaak ook groepscorrectie uit de klas. Of meevoelen wanneer de leraar of docent optreedt. Het kan voor beginnende docenten ook goed zijn om mee te kijken wat een leerkracht die ‘van nature’overwicht heeft, doet in de klas. Je kunt daar veel van opsteken en kijken welke dingen jij zelf kunt gebruiken.
Bedankt voor je waardevolle bijdrage, Stephanie. Mooi dat je zegt dat je humor ook kunt gebruiken om spanning te hanteren!
Deze tips lijken voort te komen uit een apart houden van pedagogiek en didactiek. Op alle scholen waar ik met leraren in gesprek ben over goed onderwijs komt dit ter sprake. Het is mijn vaste overtuiging, en we merken dat steeds in de trainingen, dat goed nadenken over de toe te passen didactiek a priori veel meer kans geeft dat er “orde” komt. In bijna alle andere landen is er één term voor pedagogisch-didactisch handelen. Als je werkvormen kiest die een goede afstemming weerspiegelen tussen de te verwerven kennis en vaardigheden, de groep die je voor je hebt en je eigen persoonlijkheid, dan lever je maatwerk en sluit je aan bij de leerlingen in de groep. Het belangrijkste is dat ze een reden hebben om iets te gaan doen; dan gaan ze aan de slag. Kijk bij elkaar, leer van elkaar en help elkaar!
Ik denk dat het soms goed kan zijn om pedagogiek en didactiek even uit elkaar te halen. Het is onze ervaring dat veel beginnende docenten het gevoel hebben dat ze geen grip krijgen op de klas en dus niet genoeg toekomen aan het didactische gedeelte. In dat geval denk ik dat het zinvol is om de aandacht expliciet te richten op het pedagogische element, waarna deze docenten zich met meer zelfvertrouwen kunnen richten op het didactische gedeelte. Uiteindelijk gaat het er om het maatwerk, dat je zo mooi omschrijft, te kunnen leveren.
Fantastische website, hij kwam in de Facebook groep Tops en tips voor&door docenten!
Mag ik als docent ook de kracht benoemen van non-verbaal de regie voeren, zonder stemverhef. Bijvoorbeeld: zet het woord stil op het bord en wijs erna. Probeer maar of het voor je werkt…
Bedankt voor je compliment & je tip!
Een heldere uiteenzetting
Vriendelijke groet,
Zeer fraaie tekst en zeer behulpzaam voor beginnende docenten. Bedankt! Komt in grote lijnen overeen met wat ik zelf doe bij trainingen van docenten, maar is verder uitgewerkt. Ik zal het kopieren en waar het van pas komt uitdelen. Veel overeenkomst met Taiji…Voor wie meer wil: kijk eens op de website van Rots & Water (om toe te passen met de leerlingen zelf zodat ook zij hun spanning, veiligheid en eventuele aggressie leren hanteren.